Hou jezelf echt scherp als leidinggevende – met 5 dagelijkse vragen

Groeien in leiderschap is verandering van je gedrag als leidinggevende. Nou is veranderen best simpel…..maar niet eenvoudig. Als het vanzelf ging, deed je nu al wel wat je eigenlijk zou moeten doen. Hoe kun je jezelf nog beter ondersteunen in je leiderschapsgroei?

Veranderen is simpel, maar niet eenvoudig

Moed, bescheidenheid en discipline zijn drie must-have kenmerken voor goed leiderschap. Maar dat niet alleen. Uit onderzoek van Dr Marshall Goldsmith blijkt ook dat leidinggevenden met een hoge bereidheid tot het tonen van moed, bescheidenheid en discipline, de grootste groei in leiderschap laten zien.

Het sleutelstuk daarbij is “hoge bereidheid tot het tonen van….” Dus niet de vraag of je moedig, bescheiden en gedisciplineerd bént, maar of je bereid bent om dat expliciete gedrag ook consequent te laten zien in je rol als leidinggevende.

Om het te kunnen laten zien, moet je voor jezelf expliciet gedrag hebben omschreven dat voor jou staat voor moed, bescheidenheid en discipline. Hoe ziet dat er dan bijvoorbeeld uit?


“Anybody can change, but they have to want to change.” – Marshall Goldsmith


Moed

Moed hebben gaat over jezelf. Moed hebben betekent niet dat je alles durft. Moed betekent juist dat je de nodige dingen doet ondanks het feit dat je het heel spannend vindt.

Hoe toon je in deze context moed? Bijvoorbeeld door:

  • Feedback te vragen over je functioneren
  • Op je eigen functioneren te reflecteren en je eigen tekortkomingen onder ogen zien
  • Strategieën te bedenken om aan je tekortkomingen te werken
  • Nieuwe dingen of suggesties uit te proberen
  • Openhartig met mensen te delen wat je aan het leren bent

Expliciet maken hoe moed tonen er voor jou persoonlijk uitziet, is al moedig, en het helpt je bij het tonen ervan. Anderen durven vragen om je te herinneren aan dat expliciete gedrag, of je aan te spreken bij het niet tonen ervan…….dat is nog moediger! Het vergroot je kans op succesvolle verandering en groei ook nog eens enorm.

Het helpt daarbij om alert te zijn op valkuilen als alleen feedback vragen aan mensen die het altijd met je eens zijn, geen tijd of prioriteit maken voor je eigen ontwikkeling of je eigen tekortkomingen goedpraten


“Not everything that is faced can be changed, but nothing can be changed until it is faced.” (James Baldwin)


Bescheidenheid

Terwijl moed over jou gaat, gaat bescheidenheid juist niet over jou. Bescheidenheid gaat over de erkenning dat juist anderen het soms beter weten dan jij. Het gaat over het accepteren dat je nog kunt groeien als leidinggevende en dat de hulp van anderen daar een grote bijdrage aan kan leveren.

Hoe toon je in deze context bescheidenheid? Bijvoorbeeld door:

  • Te erkennen dat je niet perfect bent
  • Te erkennen dat verandering nodig is om te groeien
  • Naar feedback te luisteren, ook van mensen die niet beter in jouw vak zijn dan jijzelf.
  • Het toegeven van je eigen fouten of falen
  • Hulp accepteren van anderen of van een structuur om je verandering te ondersteunen.

Gebrek aan bescheidenheid toon je bijvoorbeeld door te denken dat jij beter bent dan anderen en het wel zonder structuur of discipline redt, feedback afdoen als andermans probleem, je ego altijd het woord laten voeren, focussen op de fouten van anderen of als leidinggevende geen hulp accepteren.


“When we presume that we are better than people who need structure and guidance, we lack one of the most crucial ingredients for change: humility.”


Discipline

Marshall Goldsmith en Howard Morgan hebben onderzoek gedaan naar de impact van leiderschapsontwikkelingsprogramma’s, zoals beoordeeld door de medewerkers van de deelnemers.

Ze ontdekten dat leidinggevenden die geen structurele follow-up doen, geen vooruitgang boeken. Hun deelname aan zo’n leiderschapsprogramma is dan vrijwel waardeloos.

Tegelijkertijd blijkt dat leidinggevenden die direct consequent in de praktijk gaan toepassen wat ze hebben geleerd, het geleerde ook bespreken met collega’s, en regelmatige voortgangscontroles doen, steeds effectievere leiders worden.

Daar heb je discipline voor nodig. Hoe toon je dat in deze context? Bijvoorbeeld door:

  • Direct toe te passen wat je leert of wat je je voorneemt.
  • Met anderen bespreken wat je hebt geleerd of je voor hebt genomen.
  • Meetbaar bijhouden van je voornemens
  • Tijd en energie te reserveren voor je voornemens en je daar ook aan te houden
  • Consequent vasthouden aan nieuw gedrag, totdat het een gewoonte is geworden.
  • Een structuur bouwen, die het je gemakkelijk maakt om vol te houden.

Gebrek aan discipline toon je door altijd iets anders belangrijker laten zijn, excuses en smoezen verzinnen, de omstandigheden de schuld geven, al na een dag, week of maand opgeven omdat het nog niet vanzelf gaat of ja zeggen, nee doen.


“Great leaders encourage leadership development by openly developing themselves.”


Op weg naar effectiever leiderschap

Op welk gebied je ook wilt groeien als leidinggevende, de kans dat je dat daadwerkelijk gaat doen, wordt groter als je je houdt aan je eigen bereidheid om moed, bescheidenheid en discipline te tonen.

Het geeft niet dat het af en toe niet lukt. Jezelf hier hard om veroordelen, voegt geen waarde toe. Het gaat er om of je je best wilt doen, en je best hebt gedaan, ongeacht het resultaat.

In onze coachrelatie spreek ik je aan op je eigen voornemens. Je voornemens rondom moed, bescheidenheid en discipline, en je voornemens rondom je eigen verandering. Omdat dat bijdraagt aan jouw proces, en omdat wij dat samen zo afgesproken hebben. Niet met het doel je te veroordelen. Maar met het doel je duurzaam te laten groeien, om de leider te worden die jij wilt zijn.

Jezelf scherp houden met 5 vragen per dag

Maar ook zonder coach is dit een waardevol proces. Marshall Goldsmith heeft voor zichzelf een mooi proces ontwikkeld, dat ik met plezier van hem heb overgenomen om mezelf ‘scherp’ en ‘bij de les’ te houden:

Je vraagt jezelf iedere avond of je je best hebt gedaan om (in dit geval) moed, bescheidenheid en discipline te tonen in je groeiproces. Dus weer ongeacht het resultaat.

Die vragen of je je best hebt gedaan, kun je ook toepassen op ander gedrag dat je wilt veranderen. Of op de waarden waar je naar wilt leven. Gebaseerd op Marshalls voorbeeld:

  1. Heb ik mijn best gedaan om duidelijke doelen te stellen?
  2. Heb ik mijn best gedaan die doelen te bereiken?
  3. Heb ik mijn best gedaan om gelukkig te zijn?
  4. Heb ik mijn best gedaan om waarde toe te voegen?
  5. Heb ik mijn best gedaan om moed, bescheidenheid en discipline in mijn leerproces te tonen?

Maak hier vooral jouw eigen belangrijke vragen van.

Als je iedere avond consequent kunt antwoorden, dat je je best hebt gedaan (zonder excuses), dan blijf je consequent en duurzaam groeien.

En moet je concluderen dat je een dag niet je best hebt gedaan? Dan heb je jezelf nu een prima reminder gegeven om het morgen weer te proberen!


Verder praten of lezen? Plan een belafspraak of schrijf je in: